(19) Rough, wild and mesmering trails in the Mercantour National Park 24/09-29/09

meer foto's op fatmap (zie link in tekst)

————— NL version (ENG version below) —————

(Dinsdag 24/09) Pontechienale laat me niet onmiddellijk los als ik op vertrekken sta. De vrouw van de bakkerij stopt me nog enkele croissants toe en een lokale gids nodigt me eerst nog uit voor koffie alvorens ik mag vertrekken. Bergvolk is een ongelofelijk gastvrij volk. Ook gisteren, toen ik 2 dorpen moest afdalen om een supermarkt te vinden die open was en dit dus betekende met de eerste bus in de ochtend naar beneden en met de tweede en laatste bus in de namiddag terug naar boven, was het de hele dag op café zitten en duizend keer je verhaal doen wanneer ze geïnteresseerd kwamen kijken naar die vreemde eend in de bijt. Het is reeds 10u als de gids zijn aandacht verlegt naar de reddingsbrigade, die al 9 dagen naar de vermiste klimmer aan de Monviso aan het zoeken zijn en langskomt voor koffie. Ik neem beleefd afscheid en begin aan de voorlaatste etappe in dit project. 

De espresso’s vuren de benen aan maar ik houd er de rem op. De weersvoorspellingen gunnen me 2 dagen goed weer en dus proberen we om vandaag zo ver mogelijk te geraken. Daarenboven weegt de rugzak want er zit voor 10 dagen eten in. Dus opletten met te snel in het rood te gaan. Maar de nieuwsgierigheid brandt om te zien wat de regen tijdens de rustdag heeft gedaan met de sneeuwniveaus hogerop. De eerste 600 hoogtemeters gaan er op een rustig maar constant tempo aan. Van hieruit ziet het er alvast ideaal uit qua sneeuw. Iets later, wanneer ik de vallei verder in klim, is de meevaller compleet. Tot op 2800m ligt er bijna geen sneeuw meer en  de 5 tot 10cm die nog op de passen ligt, is te verwaarlozen. Top! Boven de 3000m ziet het er wel nog anders uit. Het weer is echter niet zo schitterend als voorspeld. Dus gaan we uit die regionen vandaag nog even wegblijven. Morgen zou beter moeten zijn. 

Een kudde steenbokken houdt me onder de bergpas, Passo di Fiutrusa (2858m), nog even zoet. Het wordt steeds ongelofelijker hoe dicht ze me laten naderen. Op nog geen 10m. Of zou ik stilaan ruiken als een steenbok? In de pas begint het te hagelen en zet er een ijzige wind op. De kap op. Snel 2 repen naar binnen en in de afdaling. Die laatste leidt me door een vallei die bezaaid is met stenen hutjes zoals dat uit de film de 8 bergen. Sommige totaal vervallen, andere nog bewoond of in renovatie. Ik steek de vallei van hut naar hut door tot aan de Colle di Bellino (2804m). Ook hier dezelfde sneeuwcondities. Afhankelijk van de oriëntatie van de helling zijn de condities zelfs nog beter. Als het morgen beter weer wordt, kruip ik terug hoger naar de geplande route want die loopt vooral via oost tot zuidoost gerichte hellingen en vooral via een geweldige rotsgraat. En dat laatste moet je me geen twee keer zeggen.

Tijd dus om een slaapplek te zoeken op het plateau onder de bergpas. Op het plateau dat alle herfstkleuren draagt, vind ik mijn eigen verlaten 8 bergen hutje. Nog wel wat renovatie aan zo te zien. Een van de twee nokbalken is doorgerot, dus die stut ik veiligheidshalve. Geen zin om het typische dak gemaakt van dikke leistenen vannacht op mij te krijgen maar wel om uit de miezer en de wind te zijn. Pluspunt: een nachtje in de bivakzak en dus morgen geen extra gewicht van een potentieel natte tent. 

https://fatmap.com/adventureid/160939129/m141-d-24-09-w

(Woensdag 25/09) Zon zon zon. Geen wolkje aan de lucht zoals beloofd en dus trek ik terug hogerop en zo ver mogelijk want morgen zou het weer terug  omslaan. De pas gaat er stevig in en in geen tijd sta ik in de eerste bergpas van de dag met zicht op de volgende pas die er nog goed besneeuwd bij ligt. De komende drie passen zijn de hoogste van de dag.  Als ik ergens tijd zal verliezen door de sneeuw dan zal het hier zijn. Niet te lang treuzelen dus en direct op naar de eerste, de Colle de Ciaslaras (2948m). Hij ligt bovenaan een steile couloir die nog volledig in de sneeuw ligt en op het noordoosten gericht is. Gelukkig is het een ‘meringue’ sneeuwdek. De vorst van de voorbije nachten heeft de sneeuw goed bevroren. Het is alsof je op een grote meringue loopt. De bovenste laag is goed hard en alles eronder is gesuikerd. Het is geweldig om op te lopen en trapjes te kappen. Ook in de afdaling is het hielen vooruit en snel vorderen. 

Maar de tweede en hoogste bergpas, Passo delle Terre Nere (3035m) ligt op het zuiden gericht en de zon heeft van de sneeuw dus al een goede pap gemaakt die verder aan het smelten is bovenop het rotspuin en de gladde rotsplaten eronder. Opletten geblazen dus voor schuivers. Ik ploeter in de wand tot net onder de bergkam en slaag er dan in, door een gebrek aan markeringen en pad, om de verkeerde couloir verder in te klimmen. De GPS is ook geen hulp want die geraakt verstoord door de overhangende rotsen. Pas als ik een heel stuk in de verkeerde couloir ben door geklommen komt er een passage die duidelijk zegt: “het is niet hier”. Vloeken want terug afdalen door de gladde massa is nog erger. Er volgt een verraderlijk schuifwerk op natte sneeuw en natte ondergrond. Als ik via de rotswand vooral uit het schuifwerk probeer weg te blijven, zie ik plots een ketting uit de sneeuw steken. Ze leidt me avontuurlijk recht omhoog een andere couloir in en steil tegen de bergflank naar de hoogste pas waar ik de meeste moeilijkheden verwachtte. 

Aan de noordkant van de pas is het terug door de meringue sneeuw tot in de volgende pas, Colle di Gippiera (2948m). En dan kom ik de eerste en enige levende ziel van de dag tegen. Snel een babbeltje doen en terug door naar de volgende passen want er wachten er nog een paar en ik heb veel tijd verloren aan deze. Het gaat hoog tegen de bergflanken aan door een geweldig verlaten en wild landschap over nog eens 2 passen, La Forcellina (2800m) met een afdaling via kettingen door een steile besneeuwde couloir opnieuw en de Colle de Sautron (2687m). In die laatste gaat het steil op de graat omhoog tot op de top van de Monte Viraysse (2838m) met een prachtig zicht op heel de route als ook op wat er nog moet komen in het Nationaal park du Mercantour de volgende dagen. De condities liggen er daar alvast beter bij voor de komende dagen. Via de graat gaat het terug naar beneden en is het ten volle genieten van het uitzicht. Mijn favoriete paden in de bergen. Verderop nog eens de graat naar rechts afdalen en dan terug via een pas naar de linkerkant ervan om aan een bron erachter water in te slaan. Het einddoel voor vandaag is immers een bivak op 2700m en daar is geen water te vinden. Met 2 liter en dus ook 2 kilo  extra in de rugzak gaat het naar de laatste 2 passen van de dag, Colle di Villadel (2627m) en de Colle Feuillas (2760m). Nog 2 keer over de graat van links naar rechts en terug. 

Het is verstand op nul zetten want het is al 17u en er liggen nog 5km en 500 hoogtemeters voor me, bovenop de 25km en 2000 hoogtemeters die al in de benen zitten. Ze hebben zware regen en wind voorspeld voor vannacht, dus niet ideaal om in de tent te liggen. Nog even doorzetten naar de bivak. Het pad is dermate wild dat ik als ik knipper met mijn ogen het direct kwijt ben. Door het rotspuin is het herhaaldelijk heen en weer laveren om er terug op te geraken. Aan de laatste bergpas van de dag waar de bivak net achter zou moeten liggen, haalt de schemer me in. Mijn nachtblindheid begint me serieus parten te spelen en als ik er door de steile sneeuwflank toch in slaag om in de pas te geraken, is het zo donker dat het tijd is om de hoofdlamp op te zetten. 

Met de hoofdlamp op is het misschien goed dat ik niet verder dan de lichtbundel ervan kan kijken. De afdaling loopt steil zigzaggend langs de steile rotswand en door de sneeuw die tot een halve meter op het pad ligt. Pittig en niet evident in het donker. Ik ben opgelucht als ik aan de bivak aankom en veilig zit. Het is een oude kazerne van de Italiaanse troepen die hier tijdens de Tweede Wereldoorlog gestationeerd waren. Ik denk dat er sindsdien niet echt meer iets aan gedaan is. Oude stapelbedden, schimmelende matrassen en een lekkend dak. Zoveel mooie bivaks gezien onderweg en dan hier moeten slapen. Maar het deert me niet. Het lichaam is op na meer dan 30km en 2500 hoogtemeters. Maar de route was geweldig en de mooiste die ik in heel het project gelopen heb tot nu toe. De maker van deze route moet dezelfde filosofie gehad hebben als ik : zo hoog mogelijk blijven en zo wild en ruw mogelijk landschap opzoeken. Absolute favoriet tot nu toe. Het lichaam is op, krijgt 2 porties voorgeschoteld maar krijgt er maar eentje binnen en dan is het nog werken. Het is ijzig koud en klam in de bivak. Ik zoek de properste matras, dek ze af met een proper deken en kruip in mijn bivakzak er bovenop om op te warmen en een paar tellen later in een diepe slaap te vallen. 

https://fatmap.com/adventureid/160939195/m142-d-25-09-w

(Donderdag 26/09) Geslapen als een roos. Het weer is zoals verwacht omgeslagen. Ik steek de chili con carne die ik gisteren niet op kreeg binnen als ontbijt en trek in volledig regentenue het slechte weer in. De flank waar ik gisteren naar beneden kwam, ziet er nu het licht is, imposant uit. Misschien goed dat ik gisteren niet alles kon zien. De miezer krijgt me in een mum van tijd nat van kop tot teen. Als de wind ook nog eens sterk komt opzetten, is het soms balanceren tegen de bergflank om niet uit het pad geblazen te worden terwijl de regen aanzwelt. Nog hoger verder oversteken via de route over de Monte Scaletta (2840m) laat ik dus even voor wat het is. Ik verstop me voor de windstoten uit het oosten door de westelijke bergflank te kiezen. Het pad had van dezelfde maker kunnen zijn en loopt even mooi tegen de met rotspuin opgestapelde bergflanken. 

Met het vooruitzicht op het slechte weer hoef ik vandaag niet zo ver en hoog meer. De 2 passen op het programma gaan er elk in een ruk aan en dan is het afdalen naar Bersezio om door te steken naar het Mercantour natuurgebied. Op de middag ben ik in Bersezio en loop ik via de Sentiero Dell Amore nog een stukje verder naar een hostel om op te drogen. Misschien kan ik hier nog iets bijleren want stappen kan ie maar in het liefdesleven is ie nog niet echt succesvol geweest. En dan in het hostel warm douchen en alles laten drogen. Vanaf morgen terug beter weer. 

https://fatmap.com/adventureid/160939240/m143-d-26-09-w

(Vrijdag 27/09) Alles is kurkdroog en zo ook het weer na een hele nacht wolkbreuken. Ik ontbijt in het hostel om de eigenares wat te steunen. Het is vergane glorie langs een steenweg. Ze vertelt me dat ze te oud is geworden om het te runnen, dat de familiale situatie ook niet helpt en ze haar dienster amper kan betalen van het cliënteel dat ze maar over de vloer krijgt. Al meerdere zo’n verhalen gehoord in de hogere en steeds meer verlaten bergdorpen. Mijn hart bloedt en de consultantmolen in mijn hoofd draait op volle toeren. Van een herpositionering van de business over een kapitaalinjectie tot een herziening van de aandeelhoudersstructuur. Maar ik moet voort. We nemen hartelijk afscheid en ze roept me nog “piano…piano” na. Geen zorg. Vandaag doe ik het rustig aan want een paar pezen zijn serieus kwaad op mij. 

Tijd dus om wat te temporiseren en gestaag te stijgen tot in het nog hoger gelegen bergdorpje, Ferrere. Nog geen 15 huizen groot maar met naast de kerk een berghut die al dicht blijkt te zijn. Ik rust even, drink water uit de dorpsbron en trek op mijn gemak door via de Grand Traverse du Mercantour naar de Col du Fer (2584m) en de grens van het Mercantour nationaal park. De sneeuw heb ik achter me gelaten en heel de vallei staat in haar prachtige herfstkleuren. In de bergpas trek ik door naar de volgende er net achter en daal af naar de Refuge Lacs des Vens. Een prachtig gelegen hut met ernaast een waterval die uitmondt in 4 meren die in elkaar overlopen. Een idyllisch postkaartje in dit kleurenpalet. 

Ik drink, eet en overleg met de huttenwirt over het volgende stuk in de route voor vandaag en morgen want sommige staan gemarkeerd als alpiene routes. An sich geen probleem, enkel de afdaling zou wat lastig kunnen worden. Ik trek verder op de route die heerlijk wilder en wilder wordt en enkel uitgezet wordt door wat steenmannen links en rechts. Het is hoppen van rotsblok naar rotsblok en zoeken naar de volgende steenman in de rotsige woestenij. In de Pas de Vens (2796m) trek ik in de rotsflank onder de top van de Cime Borgonio (2930m) door naar de volgende pas, de Brèche Borgonio (2904m). Net zoals de huttenwirt me had opgedragen. Ik mocht pas afdalen als ik een pluviometer zou zien. In de bergpas vind ik hem. De afdaling erachter is wel oké. Ik heb al erger meegemaakt. Het pad is wel figuurlijk de mist in. Dus is het loodrecht naar beneden door het steenpuin. Beneden aan de Lacs de Ténibre zet ik naast een bron en achter een windmuur van stenen de tent op. Ik breid de muur nog wat uit en begin te koken in de laatste zon. Morgen de gelijknamige berg op.

https://fatmap.com/adventureid/161399733/m144-d-27-09-w

(Zaterdag 28/09) Koud koud koud. Heel de nacht tierde de ijzige wind en nu nog. De vorst heeft ook nog eens mijn water bevroren. Ontbijt in de slaapzak dus en dan eruit en snel in beweging. Warm lopen zal niet moeilijk zijn want het eerste doel op de route is de Mont Ténibre (3031m). Het pad gaat recht omhoog. Een paar honderd meter onder de top verandert het pad in een klauterroute. Tot op de top is het klauteren over de rotsen tot aan het kruis. De zon is er door gekomen en de ijzige wind is gaan liggen. Eens op de top staat er geen zuchtje wind meer. Ik geniet van een panoramisch uitzicht op heel het Mercantour park en de toppen in het verschiet. Van de zee is nog geen spoor. Dat zal voor de volgende en laatste etappe zijn. 

Ik klauter nog een stuk verder over de graat en daal dan af naar de Pas de Rabuons (2872m) en vervolgens verder naar het meer waar de gelijknamige hut ligt. In de zomer, als je kan plonsen in de vele meren, moet het hier geweldig toeven zijn in de hutten. Ik ga niet tot aan de hut maar trek door richting top nummer 2, de Corborant (3010m). De route ernaar toe kent geen pad maar loopt ergens doorheen het steenpuin. Het is hoppen van rotsblok naar rotsblok en intussen proberen om hoger te geraken en steenmannetjes te ontdekken in de chaos. De sneeuw net voor de pas helpt ook niet echt. Achter de pas gaat het verhaal lustig verder en is het dus loodrecht naar beneden hoppen en balanceren. 

Gelukkig geraak ik verderop terug op de gemarkeerde paden want we zijn intussen al voorbij de middag en ik heb door het zoek- en kruip werk nog maar een derde gedaan van wat er vandaag op de planning staat. Snel doorduwen dus tot in de volgende bergpas net boven een oude kazerne zoals die waarin ik een paar nachten geleden sliep. De grens is bezaaid met die dingen hier. En dan terug de graat op via een oud militair pad tot op de top van de Cime de Colle Longue (2760m) en afdalen tot 2 passen verder, tot aan de volgende kazerne op de route. Ik vind er opnieuw een gemarkeerd pad en dat is een opsteker want nog serieus wat werk voor de boeg eer ik water tegenkom. Zigzaggend klim ik in wat de langste zigzag ooit moet zijn tot aan de Col de la Guercha (2456m). 

Met bijna 20km en 2000 hoogtemeters en al het hop- en balanceerwerk is het lichaam redelijk moe aan het geraken. Ik heb nog 2,5u zonlicht. Boven de bergpas loopt terug een oude militaire route 4km over de gehele graat. Het hoofd heeft er meer dan zin in maar twijfelt.  Opnieuw stuntelen in het rotspuin kan een heel stuk langer duren en ik heb geen zin om met de hoofdlamp een graat te moeten afdalen. Zeker ook niet met het lijf dat moe begint te worden. De liefde voor graten wint het en ik trek opnieuw via een oude militaire route tot aan een punt waar de graat serieus steil wordt en het pad vervaagt in het steenpuin. Ik maak er dan maar mijn eigen route van, klim tot op het scherpste stuk van de graat want daar zit de beste rots en klim dan steil omhoog. Het is te vergelijken met passages uit de Matterhorn maar dan zonder touw. Elke rots voor voet of handgreep wordt dus 2 keer vastgepakt want een val hier zou fataal zijn. Het lichaam voelt alvast geen vermoeidheid meer en geniet van de passage. Zonder kleerscheuren erdoor en boven ligt het pad gelukkig mooi geplaveid, dus dat is een pak van mijn hart. Ik trek verder de graat op en over de 2 toppen ervan, Tête Rougnouse de la Guercha (2693m) en haar oostelijke zuster. Hoofd en lichaam genieten ten volle. 

Eens er voorbij is het snel in de afdaling kruipen. Nog 1u zonlicht en nog 3km te gaan tot aan water. De draf gaat erin, het is nog even als een bezetene klauteren langs de flank en als het pad zich aftekent doorstuiven tot aan de meren. Achter me kleurt de zonsondergang de hemel rood en nog voor ze helemaal onder is staat de tent recht naast het meer bij 2 oude artillerie batterijen. Genieten van de zonsondergang en eens de zon weg is snel de tent in om te koken vanuit de slaapzak want de temperatuur keldert snel.

https://fatmap.com/adventureid/161399877/m145-d-28-09-w

(Zondag 29/09) De condens in de tent is bevroren tegen het zeil. De nachten worden alsmaar kouder en kouder. Snel inpakken dus en terug warm lopen. Over de Col du Lausfer (2430m) waar de gemzen overal wegspringen aangezien het nog zeer vroeg is en ze nog geen wandelaar gezien hebben. Tot aan de graat naar de Tête Grosse du Cheval (2331m) en dan helemaal de graat aflopen die vol in de herfstkleuren staat over de Tête de l’Adreche d’en Barris (2470m) tot aan de Col de la Lombarde (2351m). Hier gaat de tracker uit en daal ik af naar Isola 2000. De laatste rustdag want het lichaam kraakt. Vandaag wordt ook een ook een nieuw neefje geboren en daar wil ik, ook al is het vanop afstand, wel een stuk bij zijn en dan… 

https://fatmap.com/adventureid/161399931/m146-d-29-09-w

Op naar Monaco!

Bergse groeten en tot snel! 

————— ENGLISH VERSION —————

(Tuesday 24/09) Pontechienale doesn't let me go immediately when I'm about to leave. The woman from the bakery hands me a few more croissants and a local guide invites me for coffee before I can leave. Mountain people are incredibly hospitable people. Yesterday too, when I had to descend 2 villages to find a supermarket that was open, which meant taking the first bus down in the morning and the second and last bus back up in the afternoon, I spent the whole day sitting in a café and telling my story a thousand times when they came to look with interest at the odd one out. It's already 10am when the guide turns his attention to the rescue brigade that's coming by for coffee now that they've been searching for the missing climber on the Monviso for 9 days. I politely say goodbye and start the penultimate stage of this project.

The espressos fire up my legs but I keep the brakes on. 2 days of good weather are granted to me according to the weather forecast and so I will try to get as far as possible today. In addition, there is food for 10 days in the backpack and that weighs so I have to be careful not to go into the red too quickly. Nevertheless, I am also curious about what the rain during the rest day has done to the snow levels higher up. The first 600 meters of elevation gain are covered at a quiet but constant pace. From here on, the snow looks ideal. A little later, when I climb further into the valley, the good luck is complete. Up to 2800m there is almost no snow left and what is still on the passes is negligible at 5 to 10cm. Great! Above 3000m it still looks significant. However, the weather is not as great as predicted so I will stay away from those regions for a while longer. Tomorrow should be better.

A herd of ibexes keeps me busy for a while below the mountain pass, Passo di Fiutrusa (2858m). It becomes more and more unbelievable how close they let me get. Less than 10m. In the pass it starts to hail and an icy wind starts blowing. The hood goes up. Quickly 2 nutrition bars inside and into the descent. The latter leads me through a valley that is littered with stone huts like those from the film The 8 Mountains. Some completely dilapidated and others still inhabited or under renovation. I cross the valley from hut to hut until the Colle di Bellino (2804m). Here too the same snow conditions. Depending on the orientation of the slope the conditions are even better. If the weather improves tomorrow I will crawl back higher up to the initial route because it mainly runs via east to southeast facing slopes and especially via a great rock ridge. And you don't have to tell me twice to get onto a rock ridge.

So time to look for a place to sleep on the plateau below the mountain pass. On the plateau that wears all the autumn colours, I find my own abandoned 8 mountains hut. Still some renovation to do, it seems. One of the two ridge beams has rotted through and I am supporting it to be on the safe side. I don't feel like getting the typical roof made of thick slates on me tonight but I do want to be out of the drizzle and the wind. Plus point; a night in the bivouac bag and therefore no extra weight of a potentially wet tent. (https://fatmap.com/adventureid/160939129/m141-d-24-09-w)

(Wednesday 25/09) Sun, sun, sun. Not a cloud in the sky. As promised and so I head back higher and as far as possible because tomorrow the weather should change again. The pace goes in firmly and in no time I am in the first mountain pass of the day with a view on the next pass that is still well covered in snow. The next three passes are the highest of the day and if I will lose time anywhere because of the snow it will be there. So I don't linger too long and head straight for the first one, the Colle de Ciaslaras (2948m). It is situated at the top of a steep couloir that is still completely covered in snow and faces northeast. Fortunately, it is a 'meringue' snow cover. The frost of the past nights has frozen the snow well and it is as if you are walking on a large meringue. The top layer is nice and hard and everything underneath is sugared. It is great to walk on and to cut steps into. Also on the descent you can make fast progress, heels first.

But the second and highest mountain pass, Passo delle Terre Nere (3035m) faces south and the sun has already turned the snow into a good porridge that is melting further on top of the rock debris and the slippery rock slabs below. So I have to watch out for sliders. I struggle in the wall to just below the ridge and then, due to a lack of markings and path, manage to climb further into the wrong couloir. The GPS is no help either because it gets disrupted by the overhanging rocks. Only when I have climbed a long way into the wrong couloir a passage in the rock face appears that clearly says: "it is not here". Cursing because descending back through the slippery mass is even worse. A treacherous sliding work follows on wet snow and wet ground. When I climb out of the couloir staying close to the rock face to avoid slipping, I suddenly see a chain sticking out of the snow. It leads me adventurously straight up another couloir and steeply against the mountainside to the highest pass where I expected the most difficulties.

On the north side of the pass it is back through the meringue snow to the next pass, Colle di Gippiera (2948m). And then I meet the first and only living soul of the day. Quickly have a chat and back to the next passes because there are still a few waiting and I have lost a lot of time on this one. It goes high against the mountainsides through a wonderfully deserted and wild landscape over another 2 passes, La Forcellina (2800m) with a descent via chains through a steep snowy couloir again and the Colle de Sautron (2687m). In the latter, it goes steeply up the ridge to the top of the Monte Viraysse (2838m) with a beautiful view of the entire route as well as of what is yet to come in the Mercantour National Park the following days. The conditions are already better there for the coming days. Via the ridge it goes back down and I couldn’t enjoy the view more. My favorite paths in the mountains. Further on, descend the ridge to the right again and then back via a pass to the left of it to stock up on water at a source behind it. 

The final destination for today is after all a bivouac at 2700m and there is no water to be found there. With 2 liters and therefore also kilograms extra in the backpack, it goes up to the last 2 passes of the day, Colle di Villadel (2627m) and the Colle Feuillas (2760m). 2 more times over the ridge from left to right and back. It is time to switch off my brain because it is already 5pm and there are still 5km and 500 metres of elevation gain ahead of me on top of the 25km and 2000 metres of elevation gain that are already in my legs. They have predicted heavy rain and wind for tonight, so it is not ideal to lie in the tent. So I have to push on to the bivouac. The path is so wild that if I blink I immediately lose it. Through the rocky debris I have to repeatedly tack back and forth to get back on it. At the last mountain pass of the day, where the bivouac should be just behind, the twilight catches up with me. My night blindness is seriously starting to play tricks on me and when I do manage to get into the pass through the steep snow slope, it is so dark that it is time to put on my headlamp.

With the headlamp on, it is perhaps a good thing that I cannot see further than its beam. The descent is steep and zigzagging along the steep rock face and through the snow that lies up to half a meter on the path. Tough and not easy in the dark. I am relieved when I arrive at the bivouac and sit safely. It is an old barracks of the Italian troops that were stationed here during the Second World War and I don't think anything has really been done to it since then. Old bunk beds, moldy mattresses and a leaking roof. I have seen so many beautiful bivouacs along the way and I have to hit this one. But I don't care. My body is done after more than 30 km and 2500 meters of elevation gain. But the route was great and the most beautiful I have walked in the entire project so far. The creator must have had the same philosophy of staying as high as possible and seeking out wild and rough landscapes. Absolute favorite so far. My body is done and is given 2 portions but only gets one down and then it is still hard work. It is freezing cold and clammy in the bivouac so I look for the cleanest mattress, cover it with a clean blanket and crawl into my bivouac bag on top of it to warm up and fall into a deep sleep a few seconds later. (https://fatmap.com/adventureid/160939195/m142-d-25-09-w)

(Thursday 26/09) Slept like a baby. The weather has changed as expected. I put the chili con carne that I couldn't finish yesterday in for breakfast and go out into the bad weather in full rain gear. The slope where I came down yesterday now looks somewhat impressive. Maybe it's a good thing that I didn't see everything yesterday. The drizzle gets me soaked from head to toe in no time. When the wind also comes up strongly, it is sometimes a matter of balancing against the mountainside not to be blown off the path as the rain and wind swell. I therefore leave the route over Monte Scaletta (2840m) even higher up for what it is and hide from the gusts of wind from the east by choosing the western mountainside. The path is equally beautiful and could have been made by the same maker since it runs just as mesmerisingly against the mountainsides piled up with rock debris.

With the prospect of bad weather, I don't have to go that far and high today. The 2 passes on the program are each done in one go and then it's down to Bersezio to cross over to the Mercantour nature reserve. In the afternoon I'm in Bersezio and walk a bit further to a hostel to dry up via the Sentiero Dell Amore. Maybe I can still learn something because I do can hike but in my love life I haven’t been really been successful yet. And then take a hot shower in the hostel and let everything dry. Better weather again from tomorrow on. (https://fatmap.com/adventureid/160939240/m143-d-26-09-w)

(Friday 27/09) Everything is bone dry and so is the weather after a whole night of cloudbursts. I have breakfast in the hostel to support the owner a bit. It is faded glory along a highway. She tells me that she has become too old to run it, the family situation does not help either and the waitress she has she can barely pay from the clientele she gets. I have already encountered several such cases in the higher and increasingly deserted mountain villages. My heart bleeds and the consultant mill in my head is running at full speed. From a repositioning of the business to a capital injection to a revision of the shareholder structure. But I have to go on and so we say goodbye warmly and she calls after me “piano…piano”. No worries. Today I’m taking it easy because a few tendons are seriously angry with me.

So it’s time to make some concessions and steadily climb to the even higher mountain village of Ferrere. Not even 15 houses big but with a mountain hut next to the church that already appears to be closed. I rest for a while, drink water from the village well and continue at my leisure via the Grand Traverse du Mercantour to the Col du Fer (2584m) and the border of the Mercantour national park. I have left the snow behind me and the entire valley is in its beautiful autumn colours. In the mountain pass I continue to the next one just behind it and descend to the Refuge Lacs des Vens. A beautifully situated hut in an idyllic setting with a waterfall next to the hut that flows into 4 lakes that flow into each other. A postcard in this colour palette.

I drink, eat and discuss with the hut warden about the next part of the route for today and tomorrow because some are marked as alpine routes. In itself no problem only the descent could be a bit difficult. I continue on the route that becomes wilder and wilder and is only marked by some cairns left and right. Wonderfully wild and it is hopping from boulder to boulder and searching for the next cairn in the rocky wasteland. In the Pas de Vens (2796m), I continue in the rock flank under the top of the Cime Borgonio (2930m) to the next pass, the Brèche Borgonio (2904m). Just as the hut warden had instructed me. I was only allowed to descend if I saw a rain gauge. I find it in the mountain pass. The descent behind it is ok. I have experienced worse. The path is figuratively in the mist so it is straight down through the stone rubble. At the bottom of the Lacs de Ténibre, next to a spring and behind a wind wall of stones, I set up the tent. I extend the wall a bit more and start cooking in the last sun. Tomorrow I will climb the mountain of the same name. (https://fatmap.com/adventureid/161399733/m144-d-27-09-w)

(Saturday 28/09) Cold, cold, cold. The icy wind raged all night and now it still does. In turn, the frost has frozen my water. Breakfast in the sleeping bag and then out and quickly get moving. Warming up will not be difficult because the first destination on the route is the Mont Ténibre (3031m) and the path goes straight up. A few hundred meters below the top, the path changes into a scrambling route. Up to the top, it is a scramble over the rocks to the cross. The sun has come through and the icy wind has died down. Once at the top, there is no wind. It is enjoying a panoramic view of the entire Mercantour park and the peaks in the distance. There is still no sign of the sea. That will be for the next and final stage.

I climb a bit further over the ridge and then descend to the Pas de Rabuons (2872m) and then further to the lake where the hut of the same name is located. In the summer it must be lovely to stay in the huts here when you can splash around in the many lakes. I do not go all the way to the hut but continue towards summit number 2, the Corborant (3010m). The route to it has no path but runs somewhere through the rubble. It is hopping from boulder to boulder and trying to get higher and discover cairns in the chaos. The snow just before the pass does not help either and behind the pass the story continues merrily and it is hopping and balancing vertically downwards.

Fortunately I get back on the marked paths further on because it is already past noon and because of the searching and crawling I have only done a third of what is on the schedule for today. So I quickly push on to the next mountain pass just above an old barracks like the one I slept in a few nights ago. The border is littered with those things here. And then back up the ridge via an old military path to the top of the Cime de Colle Longue (2760m) and descend to 2 passes further to the next barracks on the route. I find a marked path again and that is a boost because there is still some serious work ahead before I come across water. I climb in a zigzag in what must be the longest zigzag ever to the Col de la Guercha (2456m).

With almost 20km and 2000 meters of elevation gain and all the hopping and balancing, my body is getting pretty tired and I still have 2.5 hours of sunlight. Above the mountain pass, an old military route runs 4km over the entire ridge. My head is more than up for it but hesitates because stumbling in the rock rubble again can take a lot longer and I don't feel like having to descend a ridge with a headlamp on. Certainly not with a body that is starting to get tired. It is the love for ridges that wins and I climb again via an old military route to a point where the ridge becomes seriously steep and the path fades away in the rubble. I then make my own route and climb to the sharpest part of the ridge because that is where the best rock is and climb steeply upwards. It is comparable to passages from the Matterhorn but without rope. Every rock for foot or handle is grabbed twice because a fall here would be fatal. The body does not feel tired anymore and enjoys the passage. Without tears in my clothes and at the top the path is fortunately nicely paved so that is a relief. I continue up the ridge and over its 2 peaks, Tête Rougnouse de la Guercha (2693m) and its eastern sister. Head and body enjoy it to the fullest.

Once past it is quickly crawling into the descent. Another 1 hour of sunlight and another 3km to get to the water. The trot goes in and like a madman it is still a bit of a scramble along the flank and when the path is outlined, rush on to the lakes. Behind me the sunset colors the sky red and before it is completely down the tent is already right next to the lake at 2 old artillery batteries. Enjoy the sunset and once it's gone, quickly get into the tent to cook from the sleeping bag because the temperature drops quickly. (https://fatmap.com/adventureid/161399877/m145-d-28-09-w)

(Sunday 29/09) The condensation in the tent has frozen against the canvas. The nights are getting colder and colder. So I pack up quickly and warm up again. Over the Col du Lausfer (2430m) where the chamois jump away everywhere because it is still very early and they have not seen a hiker yet. Up to the ridge to the Tête Grosse du Cheval (2331m) and then walk all the way down the ridge that is full of autumn colours over the Tête de l’Adreche d’en Barris (2470m) to the Col de la Lombarde (2351m). Here the tracker goes off and I descend to Isola 2000. The last rest day because the body is creaking. Furthermore, a nephew is born today and I want to be there, even if it is from a distance, and then… (https://fatmap.com/adventureid/161399931/m146-d-29-09-w)

Off to Monaco!Mountain greetings and see you soon!

in (11)
Sander Van Poeck 29 September 2024
Share this post
Labels
Archive
(18) Kicking heavy snow again in the Queyras and Monviso region 17/09 - 22/09